Boechari Boek 62

Volume 7, Boek 62, Nummer 7:

Verteld door Said bin Djoebair:

Ibn 'Abbas vroeg me: 'Ben je getrouwd?' Ik antwoordde: "Nee." Hij zei: "Trouw, want de beste persoon van deze natie (Mohammed) had het grootste aantal vrouwen."

Volume 7, Boek 62, Nummer 17:

Verteld door Djabir bin ‘Abdoellah:

Toen ik trouwde, zei Allah’s Apostel tot mij: “Met wat voor type vrouw ben je getrouwd?” Ik antwoordde: “Ik ben met een matrone getrouwd’ Hij zei: “Waarom, heb je geen zin in maagden en om hen te liefkozen. Djabir zei ook: Allah’s Apostel zei: “Waarom trouwde je geen jong meisje zodat je met haar kon spelen en zij met jou?’

Volume 7, Boek 62, Nummer 18:

Verteld door ‘Oersa:

De Profeet vroeg Aboe Bakr om de hand van ‘Aïsja. Aboe Bakr zei: “Maar ik ben uw broer.” De Profeet zei: “U bent mijn broer in Allah’s religie en Zijn Boek, maar zij (‘Aïsja) is wettig voor mij om te trouwen.”

Volume 7, boek 62, nummer 30:

Verteld door Abdoellah bin 'Oemar:

Allah's apostel zei: "Een slecht voorteken is in de vrouwen, het huis en het paard."

Volume 7, boek 62, nummer 33:

Verteld door Oesama bin Zaid:

De profeet zei: "Na mij heb ik geen kwelling nagelaten die schadelijker voor mannen is dan vrouwen."

Volume 7, Boek 62, Nummer 64:

Verteld door ‘Aïsja:

Dat de Profeet haar trouwde toen zij zes jaar oud was en hij consumeerde zijn huwelijk toen zij negen jaar oud was, en vervolgens bleef zij bij hem gedurende negen jaren (dat wil zeggen, tot zijn dood).

Volume 7, Boek 62, Nummer 65:

Verteld door ‘Aïsja:

Dat de Profeet haar huwde toen zij zes jaar oud was en hij consumeerde zijn huwelijk toen ze negen jaar oud was. Hisjaam zei: Ik werd geïnformeerd dat Aïsja bij de profeet bleef gedurende negen jaren (dat wil zeggen tot zijn dood).

Volume 7, Boek 62, Nummer 81:

Verteld door ‘Oeqba:

De Profeet zei: “De bepalingen die het meerst gerechtigd zijn om te volgen zijn die die je het recht geven om van de vrouwelijke schaamdelen (dat wil zeggen de bepalingen van het huwelijkscontract) te genieten.
Narrated 'Uqba:

Volume 7, Boek 62, Nummer 88:

Verteld door ‘Oersa:

De Profeet schreef het (huwelijkscontract) met ‘Aïsja terwijl zij zes jaar oud was en consumeerde zijn huwelijk met haar toen zij negen jaar oud was en zij bleef bij hem voor negen jaren (dat wil zeggen tot zijn dood).


Volume 7, Boek 62, Nummer 90:

Verteld door ‘Aïsja:

Toen de Profeet mij trouwde, kwam mijn moeder bij me en liet me het huis binnentreden (van de Profeet) en niets verraste me meer dan de komst van Allah’s Apostel naar mij in de voormiddag.

Volume 7, Boek 62, Nummer 113:

Verteld door Aboe Hoeraira:

Allah’s Apostel zei: “De vrouw is als een rib; als je probeert haar recht te maken, zal zij breken. Dus als je voordeel van haar wilt krijgen, doet dat wanneer zij nog wat gebogenheid heeft.”

Volume 7, Boek 62, Nummer 115:

Verteld door Ibn ‘Oemar:

In het leven van de Profeet probeerden we vrijelijk en gezellig kletsen met onze vrouwen te vermijden uit vrees dat Goddelijke inspiratie geopenbaard kan worden over ons. Maar toen de Profeet gestorven was, begonnen we gezellig en vrijelijk te kletsen (met hen).”

Volume 7, Boek 62, Nummer 121:

Verteld door Aboe Hoeraira:

De Profeet zei: “Als een man zijn vrouw uitnodigt om met hem te slapen en zij weigert naar hem te komen, dan sturen de engelen hun vervloekingen op haar tot de morgenstond.”

Volume 7, Boek 62, Nummer 125:

Verteld door ‘Abdoellah bin Abbaas:

Tijdens het leven van de Apostel van Allah vond een zonsverduistering plaats. Allah’s Apostel verrichte het zonsverduisteringsgebed en de mensen bij hem deden dit eveneens. Hij voerde een lange Qijaam (staande houding) uit gedurende welke [voldoende tijd was om] Soera Al-Baqara te kunnen reciteren, toen ging hij lange tijd voorover buigen, hief zijn hoofd op en stond een lange tijd stil, iets korter dan de eerste Qijaam (en reciteerde de koran). Toen ging hij weer lange tijd voorover buigen maar de tijd was korter dan de eerste buiging, vervolgens stond hij op en wierp zich ter aarde. Hij stond weer op en deze keer was de tijd van staan korter dan de eerste keer staan. Toen voerde hij weer een lange buiging uit maar van een kortere duur dan de eerste, daarna stond hij weer voor een lange tijd maar een kortere tijd dan de eerste en toen boog hij lange tijd maar van kortere duur dan de eerste keer en stond weer op, wierp zich ter aarde en beëindigde zijn gebed. Op dat moment was de zonsverduistering afgelopen. Toen zei de Profeet: “De zon en de maan zijn twee tekens onder de tekens van Allah en ze verduisteren niet vanwege de geboorte of dood van iemand, dus als je de verduistering ziet, gedenk dan Allah (voer het zonsverduisteringsgebed uit).” Zij (de mensen) zeiden: “Oh Allah’s Apostel! We zagen u reiken naar iets, vervolgens achteruit stappen.” Hij zei: “Ik zag het Paradijs (of het paradijs werd aan me getoond) en ik strekte mijn hand uit om een tros druiven te plukken en had ik deze geplukt, dan hadden jullie daarvan kunnen eten zolang als de wereld bestaat. Toen zag ik het hellevuur en ik heb nooit eerder zo’n afschuwelijk ding gezien en ik zag dat de meerderheid van de hellebewoners vrouwen zijn.” De mensen vroegen: “Oh Apostel van Allah! Wat is de reden daarvoor?” Hij antwoordde: “Vanwege hun ondankbaarheid.”Er werd gevraagd: “Geloven zij niet in Allah (zijn ze ondankbaar aan Allah)?” Hij antwoordde: “Ze zijn niet dankbaar jegens hun mannen en ze zijn niet dankbaar genoeg voor de gunsten die aan ze worden bewezen. Zelfs als je goed doet aan één van hen je hele leven lang, zal ze zeggen als haar iets in je gedrag niet aanstaat: “Ik heb nooit iets goed van je gezien.”

Volume 7, Boek 62, Nummer 133:

Verteld door ‘Aïsja:

Een Ansari vrouw gaf haar dochter in huwelijk en het haar van de laatste begon uit te vallen. De Ansari vrouwen kwamen tot de Profeet en noemden hem dat en zeiden: “Haar (mijn dochters) man stelde voor dat ik haar vals haar zou moeten laten dragen.” De Profeet zei: "Nee, (doe dat niet) want Allah zendt zijn vloek op zulke dames die hun haar kunstmatig verlengen.”

Volume 7, Boek 62, Nummer 134:

Verteld door ‘Aïsja:

(wat betreft het vers: ‘Als een vrouw wreedheid of verlating van haar man vreest...) (4:128) Het betreft de vrouw wier man haar niet langer bij hem wil hebben, maar van haar wil scheiden en een andere dame wil trouwen, dus zegt zij tot hem: ‘Behoud mij en scheid niet van mij, en dan trouwe een andere vrouw, en je kunt niet bij mij zijn, noch met mij slapen.’ Dit wordt aangegeven door de uitspraak van Allah: “het zal geen blaam voor hen zijn als zij een verzoening met elkander tot stand brengen - verzoening is het beste..’” (4:128)

Volume 7, Boek 62, Nummer 137:

Verteld door Aboe Said Al-Choedri:

We hadden vrouwelijke gevangenen in de oorlogsbuit en we waren gewoon coïtus interruptus met hen te doen. Dus vroegen we Allah’s Apostel erover en hij zei: “Doen jullie werkelijk dat?” herhalend de vraag drie keer, “Er is geen ziel die bestemd is te bestaan dan dat die in bestaan komt, tot de Dag van Opstanding.”

Volume 7, Boek 62, Nummer 141:

Verteld door Anaas:

Het is de Profeets traditie dat als iemand een maagd trouwt en hij heeft reeds een vrouw op leeftijd dan moet hij gedurende zeven dagen met haar (de maagd) verblijven en dan om de beurten; en als iemand een vrouw op leeftijd trouwt en hij heeft een maagdelijke vrouw dan moet hij bij haar blijven (de vrouw op leeftijd) gedurende drie dagen, en dan om de beurten.

Volume 7, Boek 62, Nummer 142:

Verteld door Anas bin Malik:

De profeet ging langs al zijn vrouwen in één nacht, en op dat moment had hij negen vrouwen.

Volume 7, Boek 62, Nummer 144:

Verteld door 'Aisja:

dat tijdens zijn fatale zieke, Allah’s Apostel, gewoon was zijn vrouwen te vragen: “Waar zal ik morgen verblijven? Waar zal ik morgen verblijven? Hij keek vooruit naar Aisja’s beurt. Dus al zijn vrouwen stonden hem toe om te verblijven waar hij wenste, en hij verbleef in ‘Aisja’s huis totdat hij daar stierf. ‘Aisja voegde eraan toe: Hij stief op de dag van mijn gewoonlijke beurt in mijn huis. Allah nam Hem tot zich terwijl zijn hoofd tussen mijn borstkas en mijn nek was en zijn speeksel was vermengd met mijn speeksel.



Boechari index